Over de wei heen
Klinkt luid geblaat
Boer, schiet toch op
En kom niet te laat
Daar is de boer al
't Schaap is heel blij
Ze ligt in de sloot
Maar hoort in de wei
Boeren zijn sterk en
Hij sjort en hij trekt
Pas toch op, boer
Dat je geen spieren verrekt
Plotseling staat het
Schaap op de kant
Ze likt er de boer heel
Dankbaar de hand
Ach, 't arme schaap
Heeft het vast koud
Jammer dat het schaap niet
Van koffie houdt
Dan gaf de boer haar
Een gloeihete mok
Maar 't schaap lust geen koffie:
Geen enkele slok
Schaap, graas maar lekker
Of slaap warm in je hok
En lever de wol voor
Trui en voor sok