Tienduizend mijlen door het duister
Sla ik de dag van gisteren stuk
Tuimelend langs grijze kuilen
Naar een duizelend geluk
Onderweg onderweg onderweg naar het levenslicht
Op de vier wielen van het evenwicht
Talloze dagen door de nachten
Zonder ritme, zonder rij
Kantelend langs kale wanden
Naar een jarenlang geheim
Onderweg, onderweg, onderweg naar het levenslicht
Op de twee vleugels van het evenwicht
Bruisend als de twee rivieren
Vijvers en beken neem ik mee
Buitelend langs binnenwegen
Naar de moeder van de zee
Onderweg, onderweg, onderweg naar het levenslicht
Op alle golven van het evenwicht