In iedere haven is altijd een kroeg
In iedere kroeg kameraden
En vrouwen, die zijn er overal genoeg
Om er een heel kaperschip mee vol te laden
Soms komt er de ruzie meteen aan 't begin
En soms wat later, niemand kan het weten;
Dan is er nog altijd een groot glas gin
Om alles te vergeten
refr.:
Vreemdeling zonder bagage
Trekt met de noordenwind mee
Enkel maar goed om te varen
'k Hoor bij dat schip met die rode lantaren
Zwalkend door donkere straten
Zwervend, net als op zee
Vreemdeling zonder bagage
Op zoek naar een volgend cafe
Soms is er een vrouw, die op je wacht
En een leunstoel om in te zitten
Een hangklok, die tikt in het holst van de nacht
En een heel groot bed om in te pitten
Maar al die stilligheid werkt op je humeur
Je krijgt het zo benauwd van die gordijnen
Dan is er nog altijd een achterdeur
Om stiekem te verdwijnen
refr.
De wereld is voor mij wel goed genoeg
In Rio of op de Filipijnen
In iedere haven, in iedere kroeg
Als je de vloer maar onder je voelt deinen
En is er dan nergens een schip meer in zicht
Of een ster, om op te varen
Dan is er nog altijd dat rode licht
Dat licht van die lantaren...
refr.