Jantje z'n vader was zeeman
Vond in de golven een graf
Nooit zal hij vader terug zien
Waar hij zo heel veel om gaf
Treurend om vader z'n heengaan
Loopt op de pier kleine Jan
Met in z'n hand een bos twijgen
Werpt ze in zee en zegt dan
Bloeiende twijgen breng ik voor je mee
En leg ze neer op uw graf in de zee
Bloeiende twijgen van uw kleine man
Vadertje neem ze, ze komen van Jan
Enige jaren verstrijken
Jantje groeit op tot een man
Hij wordt de steun van z'n moeder
Helpt haar zoveel hij maar kan
Toen hij voor 't eerst kreeg z'n zakgeld
Kocht hij vol trots en plezier
Bloemen die hij naar de pier bracht
Blij riep hij "pa, kijk eens hier"
Bloemen, geen twijgen, breng ik voor je mee
En leg ze neer op uw graf in de zee
Bloemen, geen twijgen, van uw grote man
Vadertje neem ze, ze komen van Jan
Bloemen, geen twijgen, van uw grote man
Vadertje neem ze, ze komen van Jan