Als wij de Rozegracht es dempten
Met dat huizenspekulantentuig
Eerst denk je: "Mijn idee!"
Maar dan pieker je: "O jee
Zuinig wezen op het grachtenschoon
Dus: Nee!"
't Is jammer, want zo'n spekulant is altijd
Op z'n mooist, wanneer die in de majem zwemt
Maar wij zijn te laat (als steeds)
Want de Rozengracht is reeds
Vijf en zestig jaar geleden al gedempt
Helaas
'k Had 'm graag met al dat schorum aangeplempt
Wij zitten alle dagen
Te wachten tot de sloper komt
Om ons uit huis te jagen
De polder in, verdomd
Waar wij gezellig wonen
Daar wil zo'n spekulant
Een betonnen kantoor
En dan wij d'r vandoor
Maar het zal niet lukken, want
Als wij de Rozegracht es dempten
Met dat huizenspekulantentuig
Eerst denk je: "Mijn idee!"
Maar dan pieker je: "O jee
Zuinig wezen op het grachtenschoon
Dus: Nee!"
We zitten bovendien toch ook te houen
Met dat makke, dat die gracht al is gedempt
Maar die slopers motten heen
Dus leg ik ze een voor een
Op de reelzen waar lijn zestien op tremt
En meneer Bouwes
Met z'n oren in de wissel vastgeklemd
Hatsjee