Als de goede burgers zich naar bed begeven
Na een dagtaak die met ijver werd volbracht
Dan beginnen and're menschen pas te leven
In de rosse wereld van een stad bij nacht
Daar wordt ook gewerkt en eveneens gehandeld
Op een drukke markt van wellust en jolijt
Waar de klant een lichaam kiest
En de vrouw haar ziel verliest
Waar ellende zich vermomt als vroolijkheid
In een weelderig toilet
En met een glimlach zeer coquet
Maar met een gebroken hart
Neem ik deel aan wulpsch vermaak
Val ik bij allen in den smaak
Maar word ik verteerd door smart
Met mijn lippen vurig rood
En met mijn boezem half ontbloot
Ben ik onweerstaanbaar mooi
Maar al zwelg ik in genot
Deerniswekkend is mijn lot:
Ik ben een lichtekooi
In den avond als de heeren binnenkomen
Roept Madame ons naar beneden in 't salon
Gretig worden wij in oogenschouw genomen
En men vraagt: Wat zit er onder die japon?
Dus wij schateren, wij draaien en wij lonken
En wij brengen onze koopwaar aan den man
Somt onthaalt men ons op wijn
Juist alsof wij dames zijn
Maar dat tijdverlies, daar houdt Madame niet van
In een weelderig toilet
En met een glimlach zeer coquet
Maar met een gebroken hart
Neem ik deel aan wulpsch vermaak
Val ik bij allen in den smaak
Maar word ik verteerd door smart
Met mijn lippen vurig rood
En met mijn boezem half ontbloot
Ben ik onweerstaanbaar mooi
Maar al zwelg ik in genot
Hartverscheurend is mijn lot:
Ik ben een lichtekooi
Nu en dan kan een bezoeker mij doen denken
Door een enkel woordje of bepaalden blik
Door zijn snor of door zijn houding bij het schenken
Aan mijn vader of mijn armen Frederik
Ja, dan word ik met een wreeden schok herinnerd
Aan de argelooze jaren van weleer
Maar dat is geschiedenis
En als hij verdwenen is
Ga ik lachend naar den volgenden mijnheer
In een weelderig toilet
En met een glimlach zeer coquet
Maar met een gebroken hart
Stort ik mij in wulpsch vermaak
Val ik bij allen in den smaak
Maar word ik verteerd door smart
Met mijn lippen half ontbloot
En met mijn boezem vurig rood
Ben ik onweerstaanbaar mooi
Maar al zwelg ik in genot
Schier ondraaglijk is mijn lot:
Ik ben een lichtekooi