Hier loop ik door dit mooie land
Mijn schoenen in 't stof
Waar eens mijn vader liep
Zo neemt hij mij weer bij de hand
Langs bloemen in een hof
Waar ooit een meisje riep
"O zoetelief, waar ga je heen"
Langs velden groen gewas
Omlaag naar de rivier
Springen wij van steen tot steen
En als ik ooit onschuldig was
Dan was ik het nu, hier
refr.:
De maan schijnt in 't water
Krokodil ligt stil
Vertrouw hem niet
Als je over wil
Met eigen ogen, roodomrand
Zie ik hier 't kind
Dat eens mijn vader was
De vreemdeling en bloedverwant
Die ik tenslotte vind
Over de waterplas
Hij drukte in dit vreemde land
Zijn voeten in 't stof
Toen al op weg naar mij
En zo, voorgoed zijn hart verpand
Aan bloemen in een hof
Ging hij ze toch voorbij
Hij ging op weg naar 't verre land
Zij zwaaide hem vaarwel
Maar omzien deed hij niet
Veroordeeld tot de overkant
Zij had een zwak gestel
En kwijnde van verdriet
En in den vreemde woedde brand
Hij stond er middenin
En werd een oorlogsheld
Maar minachting en misverstand
Hebben hem, nadien
Tenslotte ook geveld
refr.
Nu loop ik door dit mooie land
Mijn schoenen in 't stof
Waar eens mijn vader liep
Zo neemt hij mij weer bij de hand
Langs bloemen in een hof
Waar ooit een meisje riep
"O zoetelief, waar ga je heen"
Dit dierbaarste bezit
Hier onder zon en maan
De onschuld laten wij, alleen
Een klein figuur in wit
Daar aan de oever staan
refr.