refr.:
Ja, ze is de dochter van de kastelein
En daarom wil ik zo graag bij haar zijn
Ik zit de hele dag bij haar en we maken veel plezier
En hebben we dorst, dan roepen we: "Marietje, nog vier bier"
Ja, ze is de dochter van de kastelein
En geloof me vrij: ze mag er zijn
Ze woont hier in het zuiden en ze heeft een leuk cafe
En wip je daar eens binnen, doe je met de bende mee
Het is er steeds gezellig, ja, je hebt 'r altijd lol
En moest de stemming dalen, roep je: "Doe ze nog eens vol"
refr.
Ze lust ook graag een borrel en doet altijd lekker mee
En zij heeft rooie haren en een mondje goud-op-snee
Ze heeft twee mooie benen en de rest mag er ook zijn
En in d'r wolle bloesje is 't heus geen valse schijn
refr.